Overslaan en naar de inhoud gaan
Naslagwerk

W180 Oplegnotitie - Oplossen verschillen BAG-BRP

Versie 1.1 vervangt versie 1.0

1 Probleemstelling

1.1 Omschrijving

Er bestaat sinds 2009 een koppeling tussen de adressen in de BAG en de adressen in de BRP, doordat de mogelijkheid is toegevoegd om 4 rubrieken uit de BAG bij een woon- of briefadres in de BRP op te nemen. Deze BAG rubrieken zijn echter niet verplicht en als ze wel in de BRP gevuld zijn, hoeven ze niet overeen te komen met de waarden in de BAG.

In de loop der tijd zijn er daarom verschillen ontstaan tussen gegevens over dezelfde adressen in de BAG en de BRP en dit vormt een steeds groter maatschappelijk probleem, vanwege de vergaande afhankelijkheid van geautomatiseerde uitvoeringsprocessen en de adressen in de BRP (Huurtoeslag, activering DigiD, etc.).

Voor afnemers van de BRP die voor de uitvoering van hun taken betrouwbare adressen nodig hebben is het oplossen van de verschillen tussen het BAG en de BRP een dienst die hun werk minder foutgevoelig en arbeidsintensief maakt. In tegenstelling tot de huidige situatie waarin er niet altijd vertrouwd kan worden op de BRP heeft dit initiatief tot doel om de adresregistratie in de BRP te verbeteren.

1.2 Herkomst

Dit initiatief, BRN-07-01 Oplossen verschillen BAG-BRP, valt onder BRP Doorontwikkeling en hoort bij het ontwikkelpunt: BRN Bevragen bij de bron.

1.3 Raakvlakken

Dit initiatief raakt de BRP API’s. De Personen API verstrekt 12.10 Locatiebeschrijving en 11.50 Aanduiding bij huisnummer, terwijl deze gegevens straks voor actuele adressen niet meer voor mogen komen. Maar zolang er nog steeds PL-en zijn waarbij deze velden in categorie 08 gevuld zijn zal de Personen API niet gewijzigd worden en deze gegevens blijven verstrekken.

Verder werken de Bewoning API en Aantal bewoners API op basis van de BAG identificatiecode. Dus hoe meer adressen in de BRP gekoppeld zijn aan een BAG adres, hoe meer resultaten deze API’s zullen leveren. 

2 Oplossing

2.1 Huidige situatie

Bij de invoering van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) in 2009 is ervoor gekozen om een koppeling te leggen tussen de adressen in de BAG en de adressen in de BRP (Logisch Ontwerp GBA 3.7). Die koppeling is gemaakt doordat er vier BAG-rubrieken zijn toegevoegd aan categorie 08 Verblijfplaats in de BRP. Deze vier BAG-rubrieken zijn: 08.11.15 Naam openbare ruimte, 08.11.70 Woonplaatsnaam, 08.11.80 Identificatiecode verblijfplaats en 08.11.90 Identificatiecode nummeraanduiding. Deze BAG-rubrieken zijn echter niet verplicht bij het opnemen van een woon- of briefadres in de BRP; de enige verplichte rubriek is de straatnaam (LO BRP 4.0). Zelfs als er wel een “volledig” adres in de BRP is opgenomen, is er geen verplichting om dit in alle gevallen te koppelen aan een adres in de BAG.

Dus als de Identificatiecode verblijfplaats in de BRP is gevuld zijn de overige gegevens die in de BRP zijn vastgelegd bij dat adres niet noodzakelijk gelijk aan de gegevens die in de BAG zijn opgenomen bij het gekoppelde adresseerbaar object.

Sommige gemeenten dwingen binnengemeentelijk af dat een woonadres in de BAG moet voorkomen, voordat het in de BRP geregistreerd kan worden. Maar dat is zeker niet bij alle gemeenten het geval. Wat vaak ook mist, is een terugkoppeling naar de BAG van de eigen gemeente als een adres in de BRP opgenomen wordt dat niet in de BAG staat.

De aanpassing van de Wet BRP per 1 januari 2022 dat een persoon die niet over een woonadres beschikt en geen briefadreshouder kan vinden, bij de gemeente op een door de gemeente beheerd briefadres kan worden ingeschreven, maakt dat iedere ingezetene wel over een BAG-adres kán beschikken.

2.2 Oplossing

Het Logisch Ontwerp BRP gaat een vaste koppeling afdwingen tussen het geregistreerde actuele woon- of briefadres in de BRP en hetadresseerbaar object in de BAG. Dit betekent dat rubriek 08.11.80 Identificatiecode verblijfplaats voor een actueel adres in de BRP áltijd een geldige code adresseerbaar object uit de BAG moet bevatten. Verder moeten alle gegevens over een verblijfplaats in beide administraties gelijk zijn. Insteek wordt dat de gegevens in de BAG leidend zijn. Dus de volgende rubrieken op de PL in de BRP móeten dezelfde waarden bevatten als de bijbehorende gegevens voor de betreffende BAG-code verblijfplaats in de BAG:

08.11.15 Naam openbare ruimte

08.11.20 Huisnummer

08.11.30 Huisletter

08.11.40 Huisnummertoevoeging

08.11.60 Postcode

08.11.70 Woonplaatsnaam

08.11.90 Indicatiecode nummeraanduiding

Als blijkt dat deze rubrieken in de BRP niet gelijk zijn aan die in de BAG, moeten de gegevens in de BRP voor die betreffende PL worden aangepast.

Voor het verplichte element 11.10 Straatnaam geldt, dat deze altijd een kopie van de inhoud van element 11.15 Naam openbare ruimte bevat, tenzij deze waarde logisch langer dan 24 karakters is. In dat geval is de straatnaam afgekort conform de specificaties van de NEN-5825 [2002] norm.

De kwaliteitscontroles in de BCM zullen op al deze elementen in de BRP gehandhaafd blijven.

Verder betekent het dat groep 12 Locatie en element 11.50 Aanduiding bij huisnummer niet meer mogen voorkomen. Ook mag in element 11.10 Straatnaam de punt waarde niet meer voorkomen.

Voor alle duidelijkheid, deze vaste koppeling:

  • geldt voor het actuele woon- of briefadres in groep 11 Adres van alle ingezetenen, dus van alle personen die met status Actueel (= niet-opgeschort) in de BRP zijn ingeschreven;
  • geldt NIET voor historische adressen, waarbij het chronologisch opvolgende adres een datum aanvang adreshouding vóór of op 1 januari 2024 heeft.

Op 01-01-2024 treedt het gewijzigd Logisch Ontwerp BRP met de verplichte koppeling in werking. Vanaf dat moment zullen actuele adressen die verschillen tonen met de gegevens in de BAG of helemaal geen koppeling hebben met de BAG gemeld worden als bevinding in de maandelijkse BCM-run en meetellen als fout bij de zelfevaluatie 2024.

Alle actuele adressen die voor 1-1-2023 zijn opgevoerd, waarbij groep 12 Locatie en/of element 11.50 Aanduiding bij huisnummer voorkomen, worden niet gecontroleerd door de BCM. Gemeenten worden opgeroepen om eind 2023 deze adressen aan te passen naar de nieuwe richtlijnen en alle verschillen tussen adressen in de BAG en actuele adressen in de BRP weggewerkt te hebben.

Doordat nu de BAG administratie leidend wordt voor de gegevens in de BRP, is de kwaliteit van de gegevens in de BAG nog belangrijker dan tot nu toe het geval was. Het Kadaster is verantwoordelijk voor het kwaliteitsmanagement van de BAG. Dit management kijkt mee met de bronhouders en ondersteunt en adviseert hen waar nodig. Ook kan kwaliteitsmanagement BAG in actie komen als de datakwaliteit van de BAG structureel niet aan de norm voldoet.

2.3 Openstaande punten

De unieke identificatiecode verblijfsplaats, Naam openbare ruimte en Woonplaats zijn nog niet opgenomen in bijlage 1 van het besluit BRP waarin de lijst met de algemene en authentieke gegevens over ingezetenen en niet-ingezetenen staat. Hier gaat RvIG actie op ondernemen, samen met de beleidsafdeling Digitale Overheid en de wetgevingsafdeling CZW. Dit valt verder buiten scope van dit wijzigingsvoorstel.

3 Consequenties

3.1 Logisch Ontwerp BRP

Er zijn wijzigingen vereist.

Een vaste koppeling tussen het geregistreerde actuele adres in de BRP en het adresseerbaar object in de BAG betekent voor alle actuele adressen van ingezetenen in de BRP:

  • Het adres móet een BAG adres zijn, waarbij de volgende elementen verplicht moeten worden opgenomen met exact dezelfde waarden zoals die in de BAG staan:

08.11.15 Naam openbare ruimte

08.11.20 Huisnummer

08.11.30 Huisletter

08.11.40 Huisnummertoevoeging

08.11.60 Postcode

08.11.70 Woonplaatsnaam

08.11.80 Identificatiecode verblijfplaats

08.11.90 Identificatiecode nummeraanduiding

  • Element 11.10 Straatnaam is een kopie van de inhoud van element 11.15 Naam openbare ruimte, indien noodzakelijk afgekort conform de specificaties van de NEN-5825 [2002] norm. De punt waarde mag niet meer voorkomen.
  • Element 11.50 Aanduiding bij huisnummer mag niet meer voorkomen.
  • Groep 12 Locatie mag niet meer voorkomen.

3.2 Logisch Ontwerp BSN

Geen wijzigingen.

3.3 Logisch Ontwerp BRPk

Geen wijzigingen.

3.4  Logisch Ontwerp BES

Geen wijzigingen.

Ter info: in het kader van de bestuurlijke integratie van Caribisch Nederland wordt gesproken over het invoeren van postcodes en de BAG in Caribisch Nederland. Die ontwikkelingen zijn in dit wijzigingsvoorstel buiten beschouwing gelaten.

3.5 Logisch Ontwerp PGK

Gevolgen: In de PGK wordt de hele persoonslijst overgezet, incl. historie. Daarom tekstuele toevoeging doen dat Locatie en Aanduiding bij huisnummer in principe alleen nog in historische adressen voorkomen.

3.6  Beschrijving Interface Reisdocumenten

Geen wijzigingen.

4 Invoering

De vaste koppeling tussen de BAG en de BRP treedt per 1 januari 2024 in werking.

Op dit moment wordt jaarlijks een vergelijking gemaakt tussen de adressen in de BRP en de adressen in de BAG. De resultaten worden gepubliceerd op de site van het CBS. Deze vergelijking gaat vanaf januari 2024 maandelijks draaien en de bevindingen worden in de Kwaliteitsmonitor opgenomen.

Ook is inmiddels in de BCM geregeld dat gecontroleerd wordt of bij een actueel adres die na 1-1-2023 zijn opgevoerd groep 12 Locatie en element 11.50 Aanduiding bij huisnummer voorkomen en of element 11.10 Straatnaam de punt waarde bevat: in dat geval zal dat aan die gemeente via de KWM worden gemeld. Vanaf 1 januari 2024 zullen alle actuele adressen die op dat moment niet voldoen aan deze eisen meetellen in de zelfevaluatie. De gemeenten wordt gevraagd de bestaande verschillen tussen de huidige actuele adressen in de BRP en de gegevens in de BAG zo spoedig mogelijk op te lossen.

5 Gevolgen

5.1 Externe partijen

5.1.1 Gemeenten

Gevolgen: gemeenten moeten alleen nog maar actuele adressen op kunnen voeren die aan de nieuwe eisen voldoen.

Mogelijk zijn er gevolgen voor formulieren (uittreksels) etc. die door gemeenten zijn gedefinieerd en zijn er aanpalende applicaties bij gemeenten, die ook moeten worden aangepast n.a.v. deze wijziging. Dit moeten de gemeenten zelf oppakken.

5.1.2  Gemeenten – Burgerlijke Stand modules

Geen gevolgen.

5.1.3 Gemeenten – Reisdocumenten modules

Geen gevolgen.

5.1.4  Afnemers

Geen gevolgen.

5.1.5  IND

Geen gevolgen.

5.1.6  Caribisch Nederland

Geen gevolgen.

5.1.7 Caribische Landen

Geen gevolgen.

5.2 Wet- en regelgeving

5.2.1 Wet- en regelgeving BRP

Geen gevolgen.

5.2.2 Autorisaties

Er zijn gevolgen voor de autorisaties, aangezien de velden Locatie en Aanduiding bij huisnummer verdwijnen uit een actueel adres. Maar zolang de verschillen tussen adressen in de BAG en actuele adressen in de BRP niet door de gemeenten zijn weggewerkt, moeten deze velden aan afnemers worden verstrekt. Anders zou het kunnen zijn dat er een incompleet adres van een burger aan een afnemer wordt verstrekt. Daarom moeten autorisaties niet voor 1-1-2024 zijn aangepast.

5.2.3 Wet- en regelgeving Caribisch Nederland

Geen gevolgen.

5.2.4 Wet- en regelgeving BSN

Geen gevolgen.

5.2.5  Wet- en regelgeving Reisdocumenten

Geen gevolgen.

5.3 Financiën

5.3.1  Financiën

Geen gevolgen.

5.4 RvIG-systemen met externe zichtbaarheid

5.4.1 BRP-V en/of Daft

Geen gevolgen.

5.4.2 RNI

Geen gevolgen. In de programmatuur voor het vastleggen van een Tijdelijk verblijfsadres in de RNI is al rekening gehouden met een gewenste koppeling met de BAG administratie: als er geen koppeling is wordt het Tijdelijke verblijfsadres meteen in onderzoek geplaatst. De RNI valt daarom ook niet binnen scope van deze wijziging.

5.4.3 A-nummer aanvraag programma (AAP)

Geen gevolgen.

5.4.4 TMV

Geen gevolgen.

5.4.5 Evaluatie-Instrument

Met deze wijziging gaat gelden, dat het veld Identificatiecode verblijfplaats voor een actueel adres in de BRP áltijd een geldige code adresseerbaar object uit de BAG moet bevatten. Verder moeten alle gegevens over een verblijfplaats in beide administraties gelijk zijn, waarbij de gegevens in de BAG leidend zijn. Dus de rubrieken op de PL in de BRP móeten dezelfde waarden bevatten als de bijbehorende gegevens voor de betreffende BAG-code verblijfplaats in de BAG. In het kader van informatiebeveiliging is RvIG voornemens hier aandacht aan te gaan besteden.

5.4.6  POM/POWS

Geen gevolgen.

5.4.7  Tabellenapplicatie

Geen gevolgen.

5.4.8 Berichtenverkeer en mailboxserver

Geen gevolgen.

5.4.9 PGK-module

Geen gevolgen.

5.4.10 PIVA-V

Geen gevolgen.

5.4.11 Tabellenapplicatie PIVA

Geen gevolgen

5.4.12 BV BSN

Geen gevolgen

5.4.13 RAAS

Geen gevolgen.

5.4.14 Basisregister/Verificatieregister

Geen gevolgen.

5.4.15 Signaleringsregister

Geen gevolgen.

5.4.16  Centraal Meldpunt Identiteitsfraude

Geen gevolgen.

5.4.17 Proefomgevingen BRP-V

Geen gevolgen. De bestaande persoonslijsten in de proefomgeving moeten vanaf 1-1-2024 gaan voldoen aan de nieuwe regels.

5.4.18 Proefomgeving BV BSN

Geen gevolgen.

5.5 Interne RvIG-systemen

5.5.1 BCM

De nieuwe foutsituaties in een actueel brief- en woonadres zijn al opgenomen als controle in de BCM. Maar de volledige controle is nog niet opgenomen omdat deze nog niet mee mogen tellen voor de zelfevaluatie 2023. Verder moeten de persoonslijsten in de referentietest vanaf 1-1-2024 gaan voldoen aan de nieuwe regels.

5.5.2 BaTMan

Geen gevolgen.

5.5.3 Robin

Geen gevolgen.

5.6 Documentatie

5.6.1 Technische Handleiding ABO-Interface

Geen gevolgen.

5.6.2 HUP

In de HUP zal de vaste koppeling met de BAG in het brief- en woonadres moeten worden beschreven.

5.6.3 WIR

Geen gevolgen.

5.6.4 Website

De veelgestelde vragen over deze wijziging zullen op de website worden geplaatst. Bovendien moet de circulaire BRP en briefadres die op de website www.rvig.nl staat worden aangepast.

Delen

Scroll naar boven